Paula Tobias, een overlevende van de Holocaust die de ultieme persoonlijke tragedie heeft geleden: het verlies van haar echtgenoot en kinderen tijdens de nazi-bezetting van de Tweede Wereldoorlog. Nu ze opnieuw getrouwd zijn en eind jaren zestig in Amerika woonden met echtgenoot David, bouwden ze samen met zoons Ben en Jake een nieuw leven op. Op een avond krijgt Paula een telefoontje waarin haar wordt verzekerd dat haar zoon, Alec, nog leeft en in New York is. Dit roept pijnlijke herinneringen uit het verleden op bij alle betrokkenen, inclusief Ben en Jake, die hun vader dwingen over de Holocaust te praten. Paula haast zich naar New York en ontdekt dat het een vergissing was: Alec is nooit gevonden. Ze raakt in een depressie, terwijl het gezin hun angsten onder ogen ziet en probeert bij elkaar te blijven.
